In 1858 richtte Baron Mr. R. J. Ch. van Pallandt van het landgoed Rosendael zijn Rosendaalsche Kapel op.
Het gezelschap musici bestond uit familieleden, vrienden en bekenden van de baron, die af en toe gezamenlijk wilden musiceren. De baron moest daarvoor al spoedig nogal wat personeelsleden aantrekken, wat er op wijst dat de negentiende eeuwse notabelen niet erg gecharmeerd waren van het zelf muziek maken; ze luisterden liever.
Nog vóór het einde van de negentiende eeuw maakte het personeel van landgoed Rosendael in de kapel de dienst uit. Zij haalden er ook nieuwe leden van elders bij, bijvoorbeeld familieleden uit het Velpse. Tot in de jaren zeventig van de twintigste eeuw was er altijd een baron van Rosendael beschermheer van de Rosendaalsche Kapel. Er werd in het koetshuis van het kasteel gerepeteerd en er werd opgetreden bij diverse gelegenheden op het landgoed. Een vast optreden was er in de muziekkoepel bij het hotel, mede gebouwd door de leden zelf, zoals te lezen is in dit artikel uit Ambt&Heerlijkheid: Historie Muziekkoepel Rozendaal
De Rosendaalsche Kapel kreeg in 1949, naar aanleiding van het negentigjarig bestaan, het predikaat ‘koninklijk’. In 2010 werd dit predikaat door koningin Beatrix opnieuw toegekend voor een periode van 25 jaar.
De vereniging kende bloeiperioden, bijvoorbeeld aan het begin van de twintigste eeuw en in de twintiger en vijftiger jaren van die eeuw. Zij kende echter ook zeer moeilijke tijden zoals tijdens de wereldoorlogen en in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, toen de belangstelling voor muziek in het algemeen en voor blaasmuziek in het bijzonder, gering was.
De KRK kent de laatste tijd een gestage groei in het aantal leden, vooral jongere(n) weten onze vereniging te vinden. Er is een vrij hechte band tussen de leden onderling en naast het muziek maken waarderen zij met elkaar ook in hoge mate de gezelligheid.